De oranje luzernevlinder (Colias croceus) is een vlinder uit de familie van de witjes (Pieridae). Deze vlinder staat bekend om zijn opvallende oranje kleur en komt vooral voor in graslanden, akkers en bloemenrijke gebieden. Het is een trekvlinder, wat betekent dat hij grote afstanden kan afleggen, vaak vanuit Zuid-Europa naar het noorden.
- Vleugels: De vleugels zijn opvallend oranje met een zwarte rand. De achtervleugels hebben een kleine witte of lichtgele vlek.
- Onderkant van de vleugels: Deze is gelig met een ronde, opvallende stip in het midden van de achtervleugel.
- Grootte: De spanwijdte varieert tussen de 40 en 50 millimeter.
De oranje luzernevlinder is vooral te vinden in open gebieden, zoals:
- Graslanden
- Wegbermen
- Bloemrijke weiden
- Landbouwgronden waar luzerne of klavers worden geteeld
Hij komt veel voor in Zuid-Europa, Noord-Afrika en delen van Azië, maar hij trekt in de zomer en herfst naar Noord-Europa, waaronder Nederland en België.
- Rupsen: De rupsen eten vooral bladeren van vlinderbloemige planten, zoals luzerne (Medicago sativa), klaver (Trifolium), en andere peulvruchten.
- Volwassen vlinders: De volwassen vlinders voeden zich met nectar van bloemen, zoals distels, paardenbloemen en klavers.
De oranje luzernevlinder heeft meerdere generaties per jaar in warme klimaten. In Nederland is hij meestal een zomergast:
- Eieren: De eitjes worden afzonderlijk afgezet op waardplanten.
- Rupsen: Deze zijn groen met lichte strepen en leven op vlinderbloemigen.
- Poppen: De pop is groen of bruin en goed gecamoufleerd.
- Volwassen vlinders: De volwassen vlinders verschijnen na enkele weken en leven enkele weken tot maanden.
De oranje luzernevlinder is een van de meest opvallende trekvlinders in Europa. Hij trekt vaak in grote aantallen naar het noorden, maar kan niet overleven in koudere winters. Hierdoor verdwijnt hij meestal in de wintermaanden uit Nederland en België.